1 op de 3 Nederlanders is in 2023 minder vlees gaan eten.
De weg van dierlijk naar plantaardig
De eiwittransitie, de shift van dierlijke eiwitten naar plantaardige eiwitten, is een cruciaal onderdeel van de verduurzaming van de voedselketen. Vlees, met name rundvlees, heeft een grote impact op het milieu. De Gezondheidsraad raadt aan om naar een dieet te streven met 60 procent plantaardige eiwitten en 40 procent dierlijke eiwitten. Geen of minder vlees eten is één van de meest impactvolle stappen om deze impact aanzienlijk te verminderen. Hoewel steeds meer consumenten ervoor kiezen minder vlees te eten, is de overstap naar volledig plantaardig voor velen nog een grote stap. Hybride producten, waarin dierlijke en plantaardige eiwitten worden gecombineerd, bieden een brug voor consumenten die wel duurzamer willen eten, maar niet volledig willen afzien van vlees.
De jaarlijkse omzet van plantaardige eiwitproducten wordt geschat op 465 miljoen euro, met een groei van 3,5 procent in het afgelopen jaar.
De meer bewuste eter wisselt duidelijk vaker van menusamenstelling met vis, meer groenten, peulvruchten of vega. Daarnaast blijken duurzame en gezonde voeding vaak samen te gaan. In de horeca, maar ook bij andere eetgelegenheden zie je steeds meer plantaardige alternatieven of lokaal geteelde biologische producten op de menukaart staan.
Vlees geen dagelijkse kost voor 8 op de 10 Nederlanders in 2023
Het aandeel plantaardig eiwit ten opzichte van het totale aandeel eiwit stijgt.
Cruciaal voor deze eiwittransitie is smaakonderzoek: plantaardige producten moeten minstens zo lekker zijn als hun dierlijke tegenhangers om succesvol te zijn. Hiermee kan de eiwittransitie een bredere impact hebben en bijdragen aan zowel individuele gezondheid als een duurzamere planeet.